Klik hier, als links het navigatiemenu ontbreekt. |
|
Westerse invloeden |
Tegen Valentijnsdag
liggen de winkels vol met dozen chocola. |
Het geven van presentjes met verjaardagen en met kerstmis is een uit het westen
overgewaaide gewoonte, die echter nog niet algemeen is. Meestal krijgen tegenwoordig de
kinderen een cadeautje met hun verjaardag en als een volwassene jarig is, wordt een
telefoontje op prijs gesteld.
Met kerstmis (een christelijk feest) geven sommigen hun vrienden wel eens cadeautjes, maar
dit is (nog) niet algemeen gebruikelijk.
Door Amerikaanse invloeden kent men tegenwoordig (net als in Nederland) ook
Valentijnsdag.
Dit wordt 'Barentaindee' genoemd, afgeleid van het Amerikaanse Valentine's Day. Dan geven
vrouwen chocola aan mannen, zoals aan collega's en aan hun geliefde. De chocola, gegeven
aan collega's noemt men giri-choco (zie ook de pagina over giri) en de chocola die een vrouw aan haar geliefde geeft, noemt
men honmei-choco en is veelal duurder dan de giri-choco. Overigens kan dit laatste
valentijnspresentje ook iets anders zijn, bijv een stropdas. Pas een maand later (14
maart) worden de mannen geacht iets terug te doen, de mannen geven dan iets duurdere
chocola terug in witte dozen, vandaar de naam van deze dag, nl. 'howaitodee', een afgeleid
woord van White Day, of Witte Dag. Deze 'howaitodee' is nog niet zo populair als
Valentijnsdag maar is wel van recente Japanse origine, ontstaan door de gevoelde
verplichting iets terug te doen na Valentijnsdag. Ook hier speelde giri weer een rol.
Verpakkingskunst (tsutsumi)
Bij navraag bij Japanse dames, die al enige tijd in Nederland wonen, blijkt dat deze bijna
allemaal een enorme cultuurschok hebben ondergaan door de manier waarop men hier in de
winkels enerzijds de klant en anderzijds gekochte artikelen behandelt.
Als men in Japan een winkel of restaurant binnenkomt, roepen alle
winkelbedienden direct "irasshaimaseee", (welkom). De klant wordt door het
bedienend personeel met alle egards behandeld. Overigens staat over het algemeen alles
open en bloot, want er wordt niet gestolen. Indien er iets gekocht wordt, wordt dit met de
grootste omzichtigheid en op uiterst fraaie wijze verpakt, alsof het, in onze ogen, een
geschenk voor de allerhoogste is. Zelfs de kleinste artikelen worden zeer fraai verpakt.
Als men (als westerling) zegt dat het niet ingepakt hoeft te worden, staat de
verkoper/verkoopster heel vreemd te kijken (weer zo'n vreemde 'gaijin') en weet men
eigenlijk niet wat nu te doen. Boeken worden over het algemeen in een kartonnen cassette,
een plastic of papieren kaft verkocht. Indien het erg druk is, wacht iedereen netjes op
zijn beurt en bij het verlaten van de zaak wordt men op uiterst vriendelijke toon bedankt
voor de klandizie.
De gekochte artikelen worden heel secuur in fraai papier verpakt en versierd. Het vouwwerk
kent soms een ongekende schoonheid. Serviesgoed of andere keramieken, vazen e.d. zitten al
van fabriekswege in fraaie kartonnen dozen of in zeer fraai bewerkte houten kistjes. Soms
lijkt de verpakking duurder dan het artikel, maar hier zit wel een cultuur achter. Vanuit
het shintô geloofde men altijd dat alles een eigen ziel, een geest had en met het
inpakken werd ook die ziel ingepakt. Daarom moet dit alles zeer omzichtig gebeuren. Het
inpakken had en heeft ook iets ceremonieels, men begrenst een ruimte en de geest kan die
ontstane ruimte gaan beheersen. Maar ook wil men de ontvanger zich prettiger laten voelen
en dat kan men bereiken door iets heel fraai in te pakken.
Furoshiki |
Noshigami |
Dit heeft geleid tot een kunst, een verpakkingskunst die "kâritsu-tsutsumi" wordt genoemd (versieren of verpakken) of gewoon "tsutsumi" (verpakking of pakje). Ook bij het geven van cadeautjes is de verpakking heel belangrijk. Het cadeautje wordt dan ingepakt in een "noshigami", een speciaal bedrukt inpakpapiertje, waar omheen een gestrikt tweekleurig lint wordt gedaan. Dit lint heeft ook een aparte naam: "mizuhiki". Afgezien van papier wordt voor het verpakken ook wel de zgn. "furoshiki" gebruikt. Dit zijn vierkante stukjes katoen of zijde van ongeveer 75 x 75 cm tot 1 x 1 m, waarmee men iets inpakt en het ook zo makkelijker kan vervoeren. De term "furoshiki" is ontstaan doordat deze doekjes gebruikt werden om badspullen in te pakken en te vervoeren. "Furo" betekent "bad". Ook "fukusa", doekjes die tijdens een theeceremonie worden gebruikt om niet op dat moment in gebruik zijnde voorwerpen af te dekken, worden wel eens gebruikt om artikelen in te pakken.
In Japan is de relatie met de klant zeer belangrijk en
men zal er alles aan doen om die zo goed mogelijk te handhaven. Men beseft heel goed dat
een tevreden klant terugkeert en ook daarom staat de after-sales service op een hoog peil.
Dat is iets dat men in Nederland niet lijkt te beseffen al zegt men van wel. Want hoe
anders gaat het hier in Nederland. Dat de spreuk "klant is koning" geen opgeld
meer doet, is algemeen bekend. Een ongeïnteresseerde behandeling komt erg vaak voor,
terwijl men in veel zaken ook niet meer op deskundigheid hoeft te rekenen. Maar vaak
zijn het ook de andere klanten die voor onenigheid zorgen door voordringen e.d.
Japanse dames beklagen zich er over dat er hier, met name in drukke zaken, veel wordt
voorgedrongen en dan hebben zij, o.a. door hun slechte(re) beheersing van de Nederlandse
taal, maar ook al omdat zij dit zeker niet gewend zijn, niet de instelling om hier iets
van te zeggen. In het westen is men veel assertiever maar waarschijnlijk ook veel
agressiever in het dagelijks leven dan in Japan. Kimiko Kawabata heeft in haar boek "De binnenzijde van Japan" heel goed omschreven hoe zij dit heeft beleefd. Kimiko woont al lang in Nederland en heeft veel van haar ervaringen in dit boek beschreven. Het komt geheel overeen met de ervaringen die ik van andere dames vernomen heb. |