|
Klik hier, als links het navigatiemenu ontbreekt. |
![]() |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
Men onderscheidt: |
|
1. |
De 'landschapstuin' of 'tsukiyama'. 'tsukiyama' betekent 'kunstmatige heuvel'. |
2. |
De 'droge tuin' of 'karesansui'.
'sansui' betekent letterlijk 'berg-water' maar staat voor 'landschap'. |
3. |
De 'theetuin' of 'chaniwa'. 'cha' betekent 'thee' en 'niwa' betekent 'tuin'. |
|
|
4. |
De 'binnentuin' of 'tsuboniwa' |
5. |
De 'wandeltuin',of 'kaiyûshiki', eigenlijk een tussenvorm tussen de landschapstuin en de theetuin. |
|
|
Het 'geleende landschap' of 'shakkei' |
Tsukiyama-tuin
Tsukiyama betekent 'kunstmatige heuvels' en dit is dus het type tuin waarin
kunstmatige heuvels mogelijk zijn. Dit betekent dat het over het algemeen grote tuinen
zijn, tuinen met echte landschappen, 't liefst met bijv. een brug, met een waterval en met
wandelpaden. Overigens zien we deze tsukiyama ook bij de hieronder te bespreken
wandeltuinen.
Karesansui-tuin (zentuin)
Dit type tuin is ontstaan vanuit het zenboeddhisme waarbij immers de
meditatie een belangrijke rol speelt. De karesansui of droge tuin is geen tuin om in te
lopen maar om bij te zitten en kijkend naar de tuin te mediteren. De tuin is dan ook
meestal een onderdeel van een tempel en er is een soort verhoging of veranda omheen
gebouwd zodat eenieder daar rustig kan zitten mediteren. Het is meestal rechthoekig
waarbij het grootste deel uit fijn grind bestaat en een enkele keer zand. Men kan dit
fijne grind of zand vaak zien schitteren in het zonlicht omdat er kleine stukjes mica in
vermengd zijn. In het grind zijn kleine eilandjes aangebracht van aarde waar mos opgroeit
met enkele grote stenen, meestal een oneven aantal. Het grind wordt elke dag door monniken
geharkt met een zeer groftandige hark waardoor de illusie van zeegolven ontstaat. De
eilandjes met de stenen kunnen allerlei symbolische betekenissen hebben, zoals een schip
of een Boeddha. Soms worden er kleine landschappen met watervallen nagebootst. Vaak is er
een heuvel(tje) gemaakt dat dan de bekende berg Fuji voorstelt (bijv. bij de Ginkakuji).
Door weerkaatsing van het maanlicht op de glinsterende grind of zandheuvel kunnen 's avonds
hele mooie effecten ontstaan.
![]() |
![]() |
De kare sansui tuinen van de Ryoanji (tempel) en Ryogen-in zen tempel in Kyoto. |
Een van de beroemdste kare sansui tuinen is natuurlijk de tuin van de Ryoanji (tempel) in het noordwesten van Kyoto. Hier liggen 15 stenen, waarvan iedereen de eigen symboliek mag bedenken. Het is niet mogelijk om alle 15 stenen tegelijk te zien, behalve natuurlijk vanuit de lucht. Een andere beroemde tuin is die van de Ryogen-in, een onderdeel van Daitokuji, ook in Kyoto.
Chaniwa |
![]() |
De kakehi past met het rustgevende geluid prima in een theetuin. |
De theetuin stamt uit de Momoyamaperiode (1573 - 1600) en bestaat in principe uit het pad
dat naar de theehuis leidt. Het is echter de bedoeling dat de gast, al wandelende naar het
theehuis, met zijn gedachten het dagelijkse leven achter zich kan laten. Door bochten in
het paadje te maken en de beplanting te variëren loopt men van het ene fraaie tafereeltje
in het andere en aldus kan men zijn geest leeg maken waardoor men klaar is voor de
theeceremonie. De hele tuin straalt rust uit, mede door de gekozen beplanting. Het pad
wordt door de gastheer schoongeveegd maar omdat het pas perfect is als het niet helemaal
perfect is laat de gastheer een paar mooie bladen liggen of schudt nog even aan een boom
zodat er nog een paar blaadjes vallen. Als de gastheer klaar is met zijn voorbereidingen
voor de theeceremonie en de gasten kunnen komen besprenkelt hij het pad met water en weten
de gasten dat zij welkom zijn.
Een andere Japanse naam voor de chaniwa is 'roji'. De betekenis is afhankelijk van de
tekens (kanji) die men gebruikt en kan zijn: pad, laan, grondpad maar ook bedauwd pad, de
betekenis die het waarschijnlijk oorspronkelijk had en mogelijk ligt hier ook de
verklaring voor het besprenkelen van het pad. Was het aanvankelijk het pad dat zo genoemd
werd, nu is 'roji' de naam voor de hele tuin.
Langs het pad staan vaak een paar stenen lantaarns, maar niet teveel, en bij het theehuis
staat een tsukubai of waterbassin waarin steeds vers water stroomt en men de handen en de
mond kan reinigen voordat men deelneemt aan de ceremonie. Bij de tsukubai ligt dan een
enkele mooie rode Cameliabloem ter verwelkoming van de gasten.
Tsuboniwa
In de Heianperiode ontstonden kleine tuinen op de binnenplaatsen van de
grotere huizen. Het waren maar kleine tuintjes van slechts een paar m², die waren omringd
door muren. Tsubo is een oude oppervlaktemaat die overeenkomt met ong. 3 m². Men plantte
er laagblijvende planten, mos soms een enkele boom en er kwam ook grind in de tuin. Hoewel
aanvankelijk alleen bedoeld als kijktuin kwamen er later ook stapstenen en werden het hele
kleine wandeltuintjes.
![]() |
Wandelen in Kenroku-en in Kanazawa |
Kaiyûshiki (wandeltuin)
De wandeltuin is een tussenvorm van een landschapstuin en de theetuin. Ze ontstonden in de
Edoperiode toen de daimyô (landheren) tuinen gingen aanleggen. Net als in de
landschapstuinen zien we ook hier de waterpartijen met bruggen, wandelpaden, watervallen
en liefst nog een theepaviljoen. Een mooi voorbeeld van een wandeltuin
is de Kenrokuen
(Kenroku-en) in Kanazawa.
Shakkei (geleende landschappen)
In
veel tuinen wordt heel creatief gebruik gemaakt van 'geleende landschappen' of 'shakkei'.
Hierbij benut men de bestaande landschappen, zoals heuvels, bomen,
watervallen of zelfs bergen in de verte, die dan deel lijken uit te maken
van het geheel. In Koraku-en, de tuin in Okayama, wordt het kasteel als
geleend landschap gebruikt. Het kasteel hoort niet bij de tuin, het staat
aan de andere kant van de rivier.
Bovenstaande tuinstijlen worden tegenwoordig gezien als hoofdstijlen maar er zijn
natuurlijk allerlei combinaties en varianten op deze stijlen te zien. De droge tuin wordt
nog wel eens gecombineerd met een wandeltuin.
Afhankelijk van het type tuin kan men de volgende zaken aantreffen: |
|||
ishidôrô |
De ishidôrô zijn waarschijnlijk hier de meest bekende ornamenten uit de Japanse tuin. Ze zijn er in allerlei soorten en maten. Er zijn geen echte regels voor welk type waar gebruikt moet worden. Voor uw eigen tuin geldt: neem niet te grote en niet teveel lantaarns. Het kan erg mooi zijn om rond de lantaarn een mostapijt aan te leggen. Ook het laten begroeien van de lantaarn met mos staat erg mooi. Dit kan gestimuleerd worden door met name horizontale delen met een zurig medium, bijv. yoghurt, in te smeren. |
||
tsukubai |
Bij het betreden van het theehuis (chashitsu) dient men zich geestelijk en
lichamelijk voorbereid te hebben. Dit wordt enerzijds bereikt door een wandeling door de
fraaie theetuin en daarnaast dient men vlak voor het betreden van het theehuis de handen
en de mond te reinigen. Hiertoe staat een tsukubai bij het theehuis, deze staat laag
opgesteld zodat men moet buigen om dit ritueel te kunnen volbrengen. Letterlijk betekent
tsukubai 'een plaats waar men bukt'. Ook de ingang van het theehuis is laag gehouden zodat
deze alleen gebogen betreden kan worden, dit alles om de mens' nederigheid te beklemtonen.
|
||
tobi-ishi (stapstenen) |
Deze zijn bedoeld voor het wandelpad. Ze kunnen rond zijn maar meestal zijn ze rechthoekig. Liggen iets verhoogd boven de grond. Liefst van boven vlak maar licht onregelmatig. De tussenliggende grond kan bestaan uit aarde, grind of bijv. mos. Ook liggen ze wel in het water. |
||
chashitsu (theehuis) |
Kleine traditionele, met tatamimatten bevloerde ruimte, waar de gastheer op zeer traditionele wijze een theeceremonie houdt. De gasten, bij voorkeur 4, dienen zich op je juiste wijze voor te bereiden. |
||
terras of vlonder |
liefst van hout (hardhout) eventueel geverfd (vraagt veel onderhoud). Erg mooi is als de vlonder zweeft boven een veldje van fijn grind. |
||
shishiodoshi |
Dit is dus de, ook bij ons, bekende bamboeklapper. Door het zich regelmatig vullen van een bamboepijp met water, kantelt deze en slaat met een klap op een steen. Aanvankelijk bedoeld om beesten weg te jagen. In een niet al te grote privétuin moet men bedenken dat een dergelijk geluid op den duur kan irriteren. In tegenstelling tot het geluid van de kakehi is dit van de shishiodoshi niet rustgevend en past het dus niet in een theetuin. |
||
kakehi (wordt ook wel eens als kakei vertaald) |
Een bamboepijp waar doorheen continu een kleine hoeveelheid water stroomt. De kakehi kan uitmonden boven een vijver of bijv. boven een tsukubai. Het geruis is rustgevend en past in een theetuin. |
||
tome-ishi |
Al wandelend kan men in een tuin een zijpad zien waar in het midden van het begin van het zijpad een steen ligt met zwart draad omwikkeld, op een wijze zoals wij wel een touwtje om een doos doen. Dit betekent dat men dit pad niet mag betreden. Voor een gastheer van een theehuis is dit een manier om de juiste weg aan te geven naar het theehuis. Op de foto ligt de tome-ishi op een grotere steen. |
||
waterpartij, bijv. een waterval en brug(gen) |
Meestal vindt men een vijver (of een meer, afhankelijk van de grootte van de tuin) met een stromend beekje en bijbehorende brug(getjes). |
||
stenen en/of grindpartij |
Deze zijn vaak symbolisch en simuleren dan grote rotsen of water. |