Ten zuiden van Kyoto, tussen Kyoto
en Nara, ligt een kleine plaats, Uji. Deze plaats is om een aantal zaken beroemd. Het is
beroemd om de fijne kwaliteit groene thee. Daarnaast is het beroemd omdat het in de
geschiedenis een belangrijke rol heeft gespeeld, vanwege de brug over de rivier Uji. Ook
is het beroemd omdat hier een deel van het verhaal van prins Genji (Genji monogatari, zie
de pagina Literatuur en poëzie van Uchiyama's
website) zich heeft afgespeeld. Toen Heian-kyô (later Kyoto) hoofdstad werd, kwamen hier
veel hofedelen te wonen. Tenslotte is er de beroemde Byôdôin, een tempel uit 1052, met
de evenzeer beroemde Hôô-dô. Dit wordt altijd gemakshalve vertaald als Fenikshal
(Phoenix Hall in het Engels), omdat het hier ook om een vuurvogel gaat (Hi-no-tori), maar
deze Hôô komt uit de Chinees/Japanse mythologie en staat helemaal los van de westerse
feniks. De Fenikshal dateert uit 1053 en herbergt een van de grootste schatten van Japan,
de Amitabha Tathagata. In 2004 was de Fenikshal gesloten wegens restauratiewerkzaamheden,
iets wat ook noodzakelijk lijkt voor de hele Byôdôin. Het zag er wat verwaarloosd uit.
De tempel was aanvankelijk een villa van Minamoto no Tôru, de man die zeer waarschijnlijk
model heeft gestaan voor prins Genji uit het boek Genji Monogatari. Tegenwoordig staat de
Byôdôin op de World Heritage lijst van de Unesco (lijst met wereld erfgoederen). |
